Nieuwe secretaris voor de NII
20 juli 2022
Zeer recentelijk is Thomas Hobé bij de Federatie NRK aan de slag gegaan als branchecoördinator.
Deze website gebruikt cookies. Door gebruik te maken van deze website, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies.
De NII heeft met verbazing gekeken naar de uitzending van Zembla op donderdag 6 mei 2021 over de brand in 2017 in de Londense Grenfell Tower. Zembla suggereert in haar reportage dat de gevelisolatie een aanzienlijke bijdrage heeft geleverd aan de rampzalige brand. Hier is nuance op zijn plaats. Op basis van onafhankelijk uitgevoerde grootschalige testen op het in Grenfell toegepaste gevelsysteem is namelijk geconcludeerd dat de isolatie weliswaar een bijdrage heeft geleverd, maar dat die klein is geweest en tevens dat de bijdrage van steenwol (als onbrandbaar geclassificeerd isolatiemateriaal) vergelijkbaar zou zijn geweest.
De uitzending van Zembla besteedt verder aandacht aan normalisatie. Daarbij wordt de suggestie gewekt dat er sprake zou zijn van een belangenconflict in de isolatiesector, omdat (vertegenwoordigers van) bedrijven een ‘sleutelrol’ op het gebied van normalisatie hebben. Zembla suggereert dat dit bijzonder of zelfs ongewenst is. Normalisatie komt echter juist in alle sectoren tot stand door experts en beleidsmakers bij elkaar te brengen. Bedrijven zijn vanuit de aanwezige kennis om die reden per definitie nauw betrokken bij normalisatie; een proces dat in algemene zin moet leiden tot afspraken die marktpartijen onderling vrijwillig maken over de kwaliteit en veiligheid van (de toepassing van) producten. Het is gebruikelijk dat in de bouwregelgeving vervolgens gebruikgemaakt wordt van normen door ernaar te verwijzen. In Nederland wordt het ontwikkelproces voor normen meestal gecoördineerd door normalisatie-instituut NEN, dat belanghebbenden en experts bij elkaar brengt. Voor de ontwikkeling van kwalitatieve normen – die door voldoende draagvlak ook daadwerkelijk gebruikt worden – is de expertise vanuit producenten juist voorwaardelijk. De suggestie van een belangenconflict in deze context is daarom ongepast.
Normalisatieprocessen vinden plaats op sectoraal, nationaal, Europees of wereldwijd niveau. Op Europees niveau wordt er momenteel gewerkt aan de ontwikkeling van een geharmoniseerde norm voor het (meer) realistisch beoordelen van het brandgedrag van gevels door grootschalige testen. De NII ondersteunt deze ontwikkeling en de invoering van onafhankelijk uitgevoerde grootschalige testen voor (hoogbouw)gevelconstructies mits alle constructies, ongeacht de toegepaste (isolatie)materialen, aan deze testen worden onderworpen.
In verband met de te verwachten lange doorlooptijd van deze Europese ontwikkeling wordt er op nationaal niveau door een NEN-werkgroep momenteel gewerkt aan een praktijkrichtlijn om gevelsystemen beter te kunnen beoordelen op brandgedrag op basis van bestaande normen en/of standaarden. Dit proces is in lijn met het advies van de Adviescommissie toepassing en gelijkwaardigheid bouwvoorschriften (ATGB) naar aanleiding van de rapportage van de Engelse onderzoekscommissie in vervolg op de Grenfell tragedie.
Brandveiligheid verbeteren is een continu proces. De NII zet zich daarvoor in, in nauwe samenwerking met andere relevante betrokkenen in de bouwsector. En hoewel Nederland in de Europese kopgroep zit op het gebied van brandveiligheid – het aantal brandslachtoffers is relatief laag – is veiligheid nooit af: er is altijd ruimte voor verdere verbetering.
De NII vindt het belangrijk dat de brandveiligheid van een gebouw holistisch wordt bekeken (zie: https://www.nii.nl/assets/files/nii-brochure-fire-safety-guidefeb2021.pdf ). Brandveiligheid wordt immers bepaald door een samenstel van factoren waarbij naast de constructie (waaronder de gebruikte isolatiematerialen) ook zaken zoals vluchtroutes, compartimentering, brandoverslagvoorzieningen en het wel of niet beschikbaar zijn van sprinklers een totaal brandveiligheidspakket vormen.
In Nederland dienen constructieonderdelen die mogelijk worden blootgesteld aan een beginnende brand te voldoen aan vereisten met betrekking tot hun brandgedrag conform het Euroklasse-systeem: een EU-norm voor classificatie van bouwmaterialen op het gebied van brandveiligheid. Onderzoeken tonen aan dat de brandklasse van isolatiemateriaal niet bepalend is voor het brandgedrag van een totale constructie. Constructies voorzien van zogenaamd ‘onbrandbaar’ isolatiemateriaal leiden niet per definitie tot een brandveiligere constructie dan constructies voorzien van zogenaamd ‘brandbaar’ isolatiemateriaal.
Sterker nog: dit kan – afhankelijk van de constructie – zelfs andersom uitpakken, waarbij ‘brandbaar’ isolatiemateriaal in een constructie tot een beter resultaat leidt dan toepassing van zogenaamd ‘onbrandbaar’ isolatiemateriaal. Theoretische beoordeling van het brandgedrag van een constructie door het optellen van onderlinge (onbrandbare) materialen kan daarom leiden tot schijnveiligheid.
Bron: https://www.gov.uk/government/publications/building-safety-advice-for-building-owners-including-fire-doors
Delen dit bericht op:
Zeer recentelijk is Thomas Hobé bij de Federatie NRK aan de slag gegaan als branchecoördinator.
Zembla suggereert ten onrechte belangenconflict. Expertise bedrijfsleven voorwaardelijk bij ontwikkeling normalisatie.
Armetierig. Gebaseerd op verkeerde aannames. Zelfs minder zuinig dan de huidige generatie nieuwbouwwoningen...